Wat kan ik al? (p 12 - 13)
1. In een rechthoek GHIJ is C het midden van [HI] en F het midden van [GJ] (zie figuur p 12)
a) Noteer het schuifbeeld van A volgens
b) Noteer van welk punt L het schuifbeeld is volgens
c) Bekijk (FÂL) = DÎC. Wat merk je op over de grootte van de hoeken?
d) Bekijk ([AL]) = [KD]. Wat merk je op over de lengte van de lijnstukken?
2a) Teken het lijnstuk [AB] van 4 centimeter
2b) Teken het schaalmodel van een rechthoekige tuin van 20 meter bij 15 meter op schaal 1:500
Hoort de groene of de rode vector bij de omschreven kracht?
a) kracht van de hand op de boog?
b) kracht van de tafel op de computer